Spel
O God, de berichtjes. Het is net als met honger. Als die eenmaal is gestild, dan komt vroeg of laat weer die honger opduiken. En als ze niet komen; het wachten, de onzekerheid. Ha, daar komt het spel om de hoek kijken. Hongerig zijn is niet begeerlijk - niet per definitie voeg ik daaraan toe; willen we niet af en toe dat er openlijk naar ons gehongerd wordt? - dus de honger moet soms worden verpakt. En wat als de berichtjes van de ene partij meer zijn, of frequenter, dan de andere? Ja, de romanticus, de romantische speler, is ook een boekhouder, en een secuurdere dan de grootste boekhouder ter wereld. Na verloop van tijd komt het weegschaaltje tevoorschijn en in veel relaties staat hij op de schoorsteenmantel om daar nooit weg te gaan, hij hoeft nooit afgestoft te worden. De (structurele) ruzie van de meeste geliefden komt immers daarop neer: jij deed/doet dit niet, ik deed/doe dat. Hoe armzalig zijn wij. Dat bedoel ik niet moralistisch, mens zijn begint bij het je neerleggen bij de eigen armzaligheid en die van de ander, in die volgorde. Als dat is gebeurd kun je verder kijken.
Maar dan het spel, de voorbode van de relatie, en in zekere zin de relatie zelf. De christen heeft het daar moeilijk mee, als hij een ware christen wil zijn tenminste, want de romantische liefde en alles wat erbij komt kijken, het romantische spel, voedt in eerste instantie het ego en er komt enige pose om niet te zeggen leugenachtigheid bij kijken. Wellicht kan wat dat aangaat de verleiding als een kwaad worden opgevat, een noodzakelijk kwaad, het tijdelijke rijk van de duivel, of in het beste geval het vagevuur, waarna het huwelijk wordt ingeluid dat alles in heiliger vaarwater leidt, het paradijs. Zei Paulus niet dat je alleen moest blijven en als je je echt niet in kon houden dat je dan maar moest trouwen? Misschien dat er vroeger en in sommige culturen nog steeds tijdig getrouwd wordt, al dan niet gearrangeerd, opdat de verleiding door het huwelijk wordt kaltgestellt? Sommigen, ook wel heidenen genaamd, gruwen daarvan. Ik zie er best brood in. Hoe het ook zij, op dit moment sla ik me erdoorheen als iemand in vermomming, de speler gaat per definitie vermomd, een slechte vermomming van een egootje dat liefde verlangt en liefde geeft, dat laatste soms om weer liefde te ontvangen. Ik herhaal, hoe armzalig zijn wij. Of spreek ik slechts voor mezelf?
Reacties
Een reactie posten